wo 10 mei 2023 / 20.00 / Concertzaal
Inleiding door Katrien Debois van De Zendelingen om 19.15
Inhoud
— i.s.m. Cultuurcentrum Brugge
Met de steun van partner Brouwerij Halve Maan.
— i.s.m. Cultuurcentrum Brugge
Jan Martens: choreografie
Goska Isphording: klavecimbel
Zoë Ashe-Browne, Viktor Banka, Tiemen Bormans, Claudio Cangialosi, Morgana Cappellari, Brent Daneels, Matt Foley, Ester Pérez, Taichi Sakai, Niharika Senapati, Paul Vickers, Rune Verbilt, Kirsten Wicklund, Louis Thuriot, Christina Guieb, Tito Zwaluw Janssens, Lisse Vandevoort: dans
Joris van Oosterwijk: scenografie
Joris van Oosterwijk & Jan Martens: kostuumontwerp
Elke Verachtert: lichtontwerp
Stijn Pauwels: video-ontwerp
Brecht Beuselinck: geluidsontwerp
Tom Swaak: dramaturgie
Tara Jade Samaya: dansrepetitor
Rudi Meulemans, Marc Vanrunxt, Carolina Maciel de França: artistiek advies
François Ryelandt: leverancier en stemmer klavecimbel
Ilka De Wilde: assistant manager & tour coördinator Ballet
Thomas Verachtert: toneelmeester
Bart Schram, Laurens Claas, Tom Van Goethem, Thomas Debondt, Patrick Engels: techniek
Trees Veraghtert, Inge Van den Bogaert: kostuums
coproductie: Festival d’Avignon, DE SINGEL & Opera Ballet Vlaanderen
in samenwerking met GRIP
Deze productie werd gerealiseerd met steun van de Belgische Tax Shelter
--
Pēteris Vasks (1946)
Kantāte für Cembalo (1980)
Janco Verduin (1972)
hout karton papier en verf, voor klavecimbel en soundtrack (2021)
Graciane Finzi (1945)
Espressivo pour clavecin et bande (1996)
Anna Þorvaldsdóttir (1977)
Fingerprints for harpsichord (2003)
Erkki Salmenhaara (1941-2002)
Etude für Cembalo (1969)
Aleksandra Gryka (1977)
Yuomec, voor klavecimbel en tape (2006)
FUTUR PROCHE is Jan Martens’ derde dansperformance gecreëerd op klavecimbelmuziek. Na de succesvolle voorstellingen any attempt will end in crushed bodies and shattered bones (2021) en ELISABETH GETS HER WAY (2021), blijft de Belgische topchoreograaf gefascineerd door dit eeuwenoude instrument. Hij doorbreekt het cliché rond het klavecimbel als louter barok-instrument en toont met dit werk dat het muziekinstrument vernieuwend kan zijn en zelfbewust in onze 21e eeuw thuishoort. Zoals de klaveciniste Goska Isphording vertelt in een interview: ‘Hij is de grote voorvechter van dit hedendaagse repertoire, veel meer dan andere spelers, instituten of sociale organisaties.’ FUTUR PROCHE is Jan Martens’ eerste werk als associate artist bij Opera Ballet Vlaanderen. Hij mocht er meteen mee in première gaan op de befaamde cour d’honneur op het Festival d’Avignon. Het was geleden van 2016 dat een Belg deze eer te beurt viel. Bovendien was het dan ook nog eens 38 jaar geleden dat er een balletgezelschap mocht optreden.
Fysieke en intellectuele uitdaging
Dat deze voorstelling niet enkel een fysieke uitdaging is, maar ook een intellectuele, bleek tijdens het creatieproces van FUTUR PROCHE. De bonte groep dansers kreeg de opdracht een partituur volledig van buiten de leren. Met 17 zijn ze in totaal, 15 Opera Ballet Vlaanderen-dansers en 2 jongeren: een heterogene mix van pas afgestudeerden van de balletschool tot ervaren dansers. Tijdens repetities werden ze geregeld tot bij de piano geroepen waar ze uitleg kregen bij de partituur. Aan tools en informatie geen tekort, dit werd in overvloed aangereikt door de enthousiaste choreograaf.
Gewapend met pen en schriftje
Al de dansers hebben tijdens het repetitieproces ook de partituren gekregen van het stuk. De muziek in deze performance lijkt soms repetitief. Zo repetitief dat bij een eerste beluistering niet altijd duidelijk is of je in het begin, in het midden of zelf op het einde zit. Aangezien het doel is dat op de noten die herhaald worden exact dezelfde bewegingen herhaald moeten worden, is een muzikale visualisering een zeer welkome geste. Maar het gaat verder dan dat. Ook op inhoudelijk vlak wordt er in de diepte gewerkt. De dramaturg licht toe hoe de muziek speelt met de verwachtingen van het publiek, hoe er wordt opgebouwd naar een climax om deze vervolgens te doorbreken, hoe accenten worden verlegd, hoe de maatsoort wordt omgegooid en hoe de muziek baadt in een woelige draaikolk van tempi en stemmingen. Dit alles wordt zo goed mogelijk meegenomen door de dansers in hun bewegingen en brengt hen ook tot een andere dimensie van dansen.
Zo leggen de performers uit dat het niet louter gaat om beweging uitvoeren, maar dat het letterlijk draait om de muziek te voelen of zelfs te belichamen. De grote uitdaging is dat het op livemuziek gebracht wordt, een al te fragiel gegeven. Daarbovenop zijn de bewegingen vaak exact op de muziek. Door de partituur te memoriseren, kruipen de dansers letterlijk onder de huid van de muziek. Deze muzikale onderdompeling gaat zo ver dat als ze tijdens de performance de klaveciniste een bepaalde noot horen spelen, ze deze in hun hoofd kunnen visualiseren op de partituur. Dit biedt hen een andere blik op de muziek. Het geeft hen de kans verder te gaan dan louter te dansen op de muziek. Het is een poging de klavecimbelmuziek te belichamen.
Waar tijden elkaar kruisen
Het maakt van FUTUR PROCHE een fascinerende performance waarin verschillende tijden elkaar kruisen. Het 16e-eeuwse klavecimbel stuurt de bewegingen aan. Zijn imago bestaat uit pruiken, gepoederde gezichten, gedateerde barokmuziek en operarecitatieven. De ‘spelers’ zijn echter eigentijdse lichamen in hedendaagse kostuums. De muziek bestaat uit een zevental hedendaagse klavecimbelstukken. Een instrument, schijnbaar uit het verleden, ontmoet zo lichamen uit het heden die zich buigen over onzekere toekomstbeelden. Een weloverwogen zet van Martens. Aangetrokken tot de evolutionaire kracht van het klavecimbel, dat zich steeds weer lijkt heruit te vinden, maakt hij een parallel met de mensheid. Het geeft de voorstelling een zeker symboliek. Dit instrument in de marge biedt ons een manier om buiten het kader te treden. Het imago schrijft dan wel een andere visie op het klavecimbel voor, maar in realiteit blijkt er een variëteit aan mogelijkheden te vinden om met dit instrument om te gaan. Jan Martens probeert dit in lijn te trekken met hoe wij mogelijk ook naar de toekomst kijken.
FUTUR PROCHE daagt de alomtegenwoordige duistere beelden van de nakende toekomst uit. Het gaat over uitdagingen die ons te wachten staan in deze tijden van pandemieën, oorlogen, klimaatproblemen, politieke onrust. En het laat zien hoe de echte actie ontbreekt. Negeren is geen oplossing. De oplossing, zo suggereert Martens, vinden we door onszelf heruit te vinden. Net als het klavecimbel buiten de kaders treedt, zo moeten we in de marge gaan, zaken herdenken en daarnaar handelen.
Katrien Debois, voor De Zendelingen
'Voor mij is het thema van FUTUR PROCHE vernieuwing en hernieuwing. Hoe kijk je naar een ballet van deze tijd? Hoe kunnen we daar nog stappen in zetten, in onze 'progressieve' sector waar er toch nog een heerschappij bestaat van uniforme lichamen en hiërarchische structuren?'
— Jan Martens