za 09 dec 2023 / 20.00 / Concertzaal
Inleiding door de Zendelingen om 19.15 uur
Inleiding door de Zendelingen om 19.15 uur
Jefta van Dinther (SE/NL) is een Zweeds-Nederlands choreograaf en danser, wonend in Berlijn. Van Dinther studeerde in 2003 af aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en werkte daarna samen met verschillende gerenommeerde choreografen, zoals Mette Ingvartsen, Frederic Gies, Ivana Muller en Xavier le Roy. Tussen 2012-2014 was hij hoofddocent en artistiek directeur van het masterprogramma choreografie aan DOCH (de universiteit van dans en circus in Stockholm). Van Dinther doceert choreografie aan verschillende internationale centra en onderwijsinstellingen.
Jefta van Dinther: choreografie
Brittanie Brown, Gyung Moo Kim, Leah Marojeviç, Roger Sala Reyner & Sarah Stanley: dans & creatie
Jonatan Winbo: lichtontwerp
Cristina Nyffeler: kostuums
David Kiers: geluid (inclusief de speciaal gecomponeerde muziek gebaseerd op Ugly and Vengeful, Red Sun en The Truth, The Glow, The Fall van Anna von Hausswolff)
Doreen Kutzke, Johanna Peine & Manon Parent: stemcoach
Gabriel Smeets & Maja Zimmermann: dramaturgie
Tomislav Feller: assistentie choreografie
Max Rux: technische coördinatie
Marius Kirch: geluidstechniek
Sven Neumann: managing director
Uta Engel & Romy Hansford-Gerber: productie management
Key Performance: distributie
Katrin Wiesemann (DE) & Interim kultur AB (SE): administratie
met speciale dank aan Ulrich Rasche
productie: HAU Hebbel am Ufer
coproductie: Norrlandsoperan Umeå, Dansens Hus Stockholm, Tanzquartier Wenen, Sadler's Wells Londen, PACT Zollverein Essen, Teatro Municipal do Porto & Concertgebouw Brugge
met de steun van de Kulturstiftung des Bundes (Duitse Federale Cultuurstichting)
Jefta van Dinther wordt gefinancierd door TANZPAKT Stadt-Land-Bund met de steun van de Duitse federale regeringscommissaris voor Cultuur en Media en het Senaatsdepartement voor Cultuur en Europa Berlijn en de Zweedse Kunstraad.
Deze voorstelling is een Belgische première en maakt deel uit van December Dance, een festival in samenwerking met Cultuurcentrum Brugge & KAAP
Powered by
Van Dinthers werk wordt gekenmerkt door een fysieke aanpak die vertrekt vanuit een onderzoek naar het bewegen zelf. Het bewegende lichaam is de kern van zijn praktijk, maar verschijnt altijd in samenspel met licht, geluid en ruimte. Centraal in zijn werk staat de vraag wat het betekent om mens te zijn, onderzocht in relatie tot de maatschappij, cultuur en omgeving. Van Dinthers nieuwste werk Remachine, een stuk voor vijf dansers, exploreert de verhouding tussen mens en machine. Een grote draaiende schijf in het midden van de scène vormt de zesde performer en antagonist. Remachine is een evenwichtsspel tussen leiden en geleid worden, tussen autonomie en afhankelijkheid.
‘In life, we often feel as if we are both autonomous beings making choices and cogs in a system, governed by greater worldly forces. Remachine stages this inner friction, a space of limbo.’
— Jefta van Dinther
Van Dinther beschrijft zijn choreografieën als abstract. Bij abstracte dans gaat het om de vorm van de dans of beweging zelf: er wordt met andere woorden een dans getoond zonder verhaal of boodschap. Uitzonderlijk aan van Dinthers stukken, is dat ze ondanks dat abstracte vertrekpunt, veel associaties en emoties oproepen. Schrijver Helmut Ploebst omschreef het ooit zo: ‘[Van Dinther] kan ruimte, geluid, licht en lichamen transformeren tot podiumdrugs. Van Dinthers favoriete drug is een compositie van ervaringsstructuren die niet alleen overweldigend spectaculair is, maar ook de zintuigen van het publiek boeit en zelfs overmeestert.’ Het lichtontwerp werd in de handen gegeven van Jonatan Winbo. De andere ingrediënten van die podiumdrugs nam Jefta van Dinther voornamelijk voor eigen rekening; hieronder zoomen we in op van Dinthers gebruik van ruimte, lichaam en geluid.
De dominante ruimte
Naast de dansers wordt in het latere werk van van Dinther ook de ruimte zelf steeds meer hoofdrolspeler. De ruimte wordt hoe langer, hoe meer afgebakend en maakt zo een essentieel element van de voorstelling uit. In On Earth I'm Done: Mountains (2021) wordt een eindeloze lap stof, die aanvankelijk op de grond ligt, door onzichtbare krachten omhooggetrokken zodat er een transformerend landschap ontstaat. De ruimte in Remachine wordt gedefinieerd door een groot draaiend wiel. De dansers worden niet langer enkel gestuurd door innerlijke motieven maar ook door de ruimte waarin ze zich begeven. Die ruimte lijkt hen onbekend; doorheen de voorstelling onderzoeken de dansers hoe ze zich tegenover de ruimte en haar obstakels kunnen verhouden.
Lichamen en collectiviteit
Dat onderzoek naar de ruimte gebeurt meestal in groep. Met The Way Things Go (in een remake in 2011) werkte van Dinther voor het eerst met een relatief grote groep dansers in een grote zaal. Die sprong naar grootschaligere producties produceerde ook een nieuwe dramaturgische richting, een richting waarbij de notie van collectiviteit die van individualiteit overschaduwt. Vanaf dat moment is er in van Dinthers werk steeds vaker sprake van een groep, die gedreven door een dwingende noodzaak, samen iets wil of moet uitzoeken. Meer dan de letterlijke fysieke onderzoeksvraag ‘hoe gedraagt een lichaam zich in dit soort ruimte?’, lost van Dinther echter zelden. Van Dinther maakt nooit duidelijk wat er nu precies onderzocht wordt, noch waarom, noch hoe de groep zich daarbij voelt. Deze invulling laat hij graag aan zijn publiek over. Het is daar waar vele mogelijke associaties de kop op steken.
Oergeluid
Sinds Unearth (2022), de vorige voorstelling van van Dinther, is ook vocaliteit een belangrijk component van zijn choreografieën. In eerder werk hoorden we soms gedempte of gemanipuleerde stemmen maar sinds Unearth kunnen we van echte gezangen spreken. Van Dinther legt uit dat de gezangen in Unearth ten dienste stonden van de innerlijke exploratie van de dansers. In Remachine ondersteunen ze het collectieve gebaar. Ze helpen de groep te connecteren tijdens hun onderzoek naar de ruimte. Van Dinther gebruikte als basis voor de gezangen enkele nummers van zangeres en componiste Anna von Hausswolff. Van Dinther was naar eigen zeggen aangetrokken tot het folkachtige of primitieve karakter van haar liederen. Hij beschrijft ze als organische gezangen die niet altijd klinken alsof ze gecreëerd werden om opgevoerd te worden voor een publiek. Dat organische element laat van Dinther contrasteren met het machinale decor.
Trip
Wanneer van Dinther deze bovenstaande elementen samen presenteert, gebeurt er volgens menig recensent iets magisch. Van Dinther neemt het publiek mee op een trip door een fantastielandschap. Door een vernuft spel van geluid, ruimte, tijd, licht, object en subject vervagen de grenzen tussen object en individu. Vanuit die staat van verwarring voert van Dinther het publiek naar een onbekend terrein, een plek waar het publiek niet anders kan dan zich te laten overspoelen door de ervaring.
De Zendelingen
dd