‘Samenspelen is au fond ook heel romantisch: je graaft tot je samen ervaart dat je de muziek voelt, dat ze begint te leven.’ Nooit gedacht dat deze rubriek er een van romantiek zou worden. Is het echt zo dat je in duo méér wordt dan de som der delen? En is een duo een beetje als een huwelijk, met een taakverdeling of een rollenpatroon? Drie duo’s gunnen ons een inkijk in hun twee-eenheid; gluur gerust even mee.
Wanneer beseften jullie dat jullie als duo meer zouden zijn dan de som der delen?
Eigenlijk wisten we dat vanaf het eerste moment. We studeerden ongeveer op hetzelfde moment aan het conservatorium, bouwden daarna elk onze eigen carrière uit en ontmoetten elkaar vervolgens heel vaak op dezelfde festivals. Samenspelen werd onvermijdelijk. Bovendien delen we een zeer gelijkaardig referentiekader: we kijken allebei buiten de grenzen van wat strikt genomen ‘de kunstmuziek’ is.
Op welke manier(en) versterken en verrijken jullie elkaar?
De combinatie cello-piano is niet evident, en is dat ook nooit geweest. We wroeten constant in elkaars register, verschillen in idioom qua toonvorming, in klankkleur en in dynamiek. Die ervaring van de verschillen, tot in de ademhaling toe, beïnvloedt nadien ook weer je solowerk. Die solostukken zijn er trouwens bij hopen, terwijl er relatief weinig nieuwe stukken zijn voor cello en piano. Je kan je dus inbeelden dat we heel blij zijn als we eens kunnen samenspelen.
Hebben jullie een soort taakverdeling of rollenpatroon als jullie als duo optreden?
We studeren elk apart en starten dan samen een zoektocht naar de sound die volgens ons maximaal uitdrukking geeft aan wat de componist in abstracte symbolen heeft genoteerd. De tocht is uiteraard voor een stuk afhankelijk van de partituur. Die zoekttocht gaat bij ons met beschaafde discussies gepaard, maar is au fond ook heel romantisch: je graaft tot je samen ervaart dat je de muziek voelt, dat ze begint te leven.
20.02.2020 / Daan Vandewalle & Arne Deforce - Drie generaties Vlaamse componisten
Wanneer beseften jullie dat jullie als duo meer zouden zijn dan de som der delen?
In 2015 werden we uitgenodigd om samen een publieke improvisatie te doen. We kenden elkaar niet en kwamen vooraf twee keer samen. Er was meteen een klik: we zaten op dezelfde golflengte, voelden elkaar aan. We werden geïnspireerd door wat de ander deed. Bij een volgende uitnodiging bereidden we niets voor. Wat volgde was een vrije improvisatie van 40 minuten die heel erg juist zat en die we nu nog steeds als leidraad gebruiken.
Op welke manier(en) versterken en verrijken jullie elkaar?
We vertrekken niet vanuit de idee dat we elkaar aanvullen, maar vanuit de gedachte dat we gelijkwaardig zijn. Daardoor laten we alle ruimte aan de ander om er volledig te zijn. Doordat we ons continu bewust zijn van elkaars acties, en die op ons laten inwerken, is wat we doen daar sowieso van doordrongen. We hebben elk onze eigen comfortzone en dagen elkaar uit om daarin grenzen te verleggen. Zo houdt Nicolas ervan om lang op een zelfde thema door te gaan, terwijl dat voor mij minder evident is.
Hebben jullie een soort taakverdeling of rollenpatroon als jullie als duo optreden?
We proberen ook in onze taakverdeling gelijkwaardig te zijn, en dat gaat eigenlijk vanzelf. Beslissingen worden zoveel mogelijk in samenspraak genomen. De puur praktische zaken zijn dan weer duidelijk verdeeld: het schrijven van promo- en dossierteksten neem ik grotendeels voor mijn rekening, terwijl Nicolas het telefoonverkeer opvolgt. De mails beheren we samen.
26.02.2020: Nicolas Rombouts & Charlotte Vanden Eynde - Hyphen
Wanneer beseften jullie dat jullie als duo meer zouden zijn dan de som der delen?
Het klavecimbel heeft als solo-instrument nogal wat beperkingen. Ons samenspel deed ons steeds meer beseffen dat we elkaars klank en muzikale dynamiek konden intensiveren. Het lijkt soms zelfs alsof we letterlijk versterkt spelen. Een succesvol klavecimbel-duo klinkt eigenlijk veeleer als een kwartet dan een tweetal. We vinden het heerlijk om samen te spelen en een beetje de allure aan te nemen van een ‘orkest van geplukte snaren’.
Op welke manier(en) versterken en verrijken jullie elkaar?
Hoewel we een andere persoonlijke en culturele achtergrond, een andere leeftijd en een verschillende moedertaal hebben, begrijpen
we elkaar perfect. We groeiden op met dezelfde muziek en onze oren werden gevormd door Leonhardt, Herreweghe, Brüggen en Harnoncourt. Zo'n gemeenschappelijk speelveld, en onze passie voor ons repertoire, die verbinden ons zoals geen enkele taal of cultuur dat kan.
Hebben jullie een soort taakverdeling of rollenpatroon als jullie als duo optreden?
Onze samenwerking is een avontuur waarin geen plaats is voor ego. De muzikale rollen zijn heel eerlijk en organisch verdeeld. We willen in ons samenspel de muziek laten schitteren, en niet één van ons. Op onze nieuwe plaat die in januari 2020 uitkomt op het Alpha-label, spelen we alternerend eerste of tweede klavecimbel. Geen van ons beiden eist de hoofdrol op; de muziek triomfeert!
17.01.2020 / Olivier Fortin & Emmanuel Frankenberg - Bach & Couperin