Held Gluck
Als recensent kon Berlioz hard zijn voor componisten die niet aan zijn opvatting over expressieve muziek voldeden. Maar artiesten die hem inspireerden, verdedigde hij vurig in recensies en als dirigent. In de jaren 1820 begon hij op te kijken naar Gluck. Die 18e-eeuwse componist had de Franse opera hervormd met zijn klassieke, ernstige muziektragedies. Berlioz maakte van Glucks ideeën zijn eigen richtsnoer:
‘ik hechtte nooit waarde aan de ontdekking van een nieuwigheid, tenzij die verbonden was aan de expressie; en er is geen regel die ik niet zou breken om het gewenste effect te bereiken.’
Glucks opera’s waren rond 1820 al lang niet meer trendy in Parijs, maar Berlioz zag er een antidotum in voor de populaire opera’s van Rossini, die volgens hem te veel om entertainende deuntjes draaiden en te weinig om het drama dat ze moesten uitdrukken.