Ga naar de hoofdcontent
Logo Concertgebouw Brugge
Logo Concertgebouw Brugge

Toelichting


La Grande Nymphe: een nieuw perspectief op de Ballets Russes

Lara Barsacqs fascinatie voor de Ballets Russes mag niet verwonderen. Als achternicht van Léon Bakst, de kostuumontwerper en scenograaf van het gezelschap, groeit ze op met talrijke anekdotes over het gezelschap.

- La Grande Nymphe onderzoekt de onderbelichte de rol van de nimf in Debussy's symfonische gedicht en Nijinsky's gelijknamige, destijds ophefmakende ballet. 
- In La Grande Nymphe draait Barsacq de rollen uit Debussy's Prélude à l'après-midi d'un faune om en verkent ze het vrouwelijke perspectief. Centraal staat de vraag: waar verlangt de nimf eigenlijk naar?

De Ballets Russes

Lara Barsacq is al vele jaren gefascineerd door de Ballets Russes (zie ook kader onderaan). La Grande Nymphe (2023) is haar vierde voorstelling die inspiratie put uit het revolutionaire repertoire van dit legendarische gezelschap. Voor La Grande Nymphe duikt ze – voorlopig voor de laatste keer – in haar jeugdherinneringen en de archieven over de Ballets Russes, waarbij ze zich richt op hun ophefmakende presentatie van Prélude à l'après-midi d'un faune

Barsacqs interesse in de Ballets Russes heeft een persoonlijke oorsprong. Als achternicht van Léon Bakst, de vaste scenograaf en kostuumontwerper van het gezelschap, groeit ze op in een huis vol Ballets Russes-artefacten en anekdotes. Als kind danst ze door de keuken, geïnspireerd door de verhalen van haar grootmoeder, in het gezelschap van een poster van Ida Rubinstein, Baksts muze.

In haar eerste werk Lost in Ballets Russes (2018), ging ze op zoek naar die artistieke wortels en haar connectie met Léon Bakst. Vervolgens kwam er IDA don't cry me love (2019), dat de controversiële figuur van Ida Rubinstein viert, een vergeten vrouw in de dansgeschiedenis. De derde voorstelling, Fruit Tree (2021), eerde choreografe Bronislava Nijinska (de zus van Nijinski). In La Grande Nymphe (2023) brengt ze geen ode aan een bepaalde vrouwlijk figuur uit die tijd, maar gaat ze op zoek naar het algemeen ontbrekende vrouwelijke perspectief. 


Prélude à l'après-midi d'un faune als iconische bron 

Voor La Grand Nymphe put Barsacq voornamelijk uit de volgende drie spraakmakende inspiratiebronnen: het gedicht L’Après-midi d’un faune van Stéphane Mallarmé, Prélude à l’après-midi d’un faune van Claude Debussy en het gelijknamige ballet van Vaslav Nijinsky. Stéphane Mallarmé schreef L’Après-midi d’un faune of De namiddag van een Faun in 1876. Het verhaalt de erotische dagdromen van een faun die nimfen bespiedt op een hete namiddag. Het symfonische gedicht Prélude à l'après-midi d'un faune van Debussy is een vrije interpretatie van dat gedicht waarin de componist de sfeer vangt van Mallarmés dromerige, sensuele wereld. Prélude à l'après-midi d'un faune wordt beschouwd als een mijlpaal in het muzikaal impressionisme en heeft een grote invloed gehad op de ontwikkeling van de moderne muziek. Het was echter de interpretatie van Vaslav Nijinsky uit 1912 die het stuk extra bekend maakte. 

Oud-Grieks aardewerk en erotiek 

L'Après-midi d'un faune door Vaslav Nijinsky is een 12 minuten durend ballet waarin een jonge faun verschillende nimfen ontmoet en ze geïntrigeerd achtervolgt. De (dans)stijl is bewust archaïsch. In de oorspronkelijke scenografie, ontworpen door Léon Bakst, werden de dansers gepresenteerd als een tableau vivant dat deed denken aan figuren op een oud-Grieks vazenschilderij. De dansers bewogen blootsvoets in profiel over het podium. De voorstelling betekende meteen een radicale breuk met het klassieke ballet. Achter de façade van de Griekse oudheid schuilde er verder een duidelijke erotische ondertoon, die culmineert in een laatste scène met grafisch seksueel verlangen. Dat leidde tot een gepassioneerde en controversiële ontvangst, waarbij zowel publiek als critici sterk uiteen vielen in voor- en tegenstanders. Barsacq brengt met La Grande Nymphe een hulde aan dit innovatieve werk en plaatst er tegelijk enkele vraagtekens bij. 

'Barsacq geeft een stem aan deze mythische vrouw, die in La Grande Nymphe symbool staat voor alle vrouwen.'


De nimf en de (fe)male gaze  

De drie eerder genoemde werken vertellen allemaal over het mythologische personage van de nimf, een jonge vrouw die het erotische verlangen van de faun belichaamt maar hem telkens lijkt te ontglippen. Deze gefantaseerde vrouw, met haar ideale lichaam en sculpturale schoonheid  is gecreëerd door en voor de mannelijke blik. Een eeuw later bevraagt choreografe en danseres Lara Barsacq dat blijvende beeld van de nimf, zoals het door mannen is afgebeeld. In La Grande Nymphe draait Barsacq de rollen om en verkent ze door de ogen van de nimf het vrouwelijke perspectief. Centraal staat de vraag: waar verlangt de nimf eigenlijk naar? Barsacq geeft een stem aan deze mythische vrouw, die in La Grande Nymphe symbool staat voor alle vrouwen. Het stuk is zowel een eerbetoon aan de kunstgeschiedenis als een pleidooi voor geëmancipeerde en vrije lichamen. De speelruimte wordt een plek van emancipatie, waar normativiteit wordt uitgedaagd en lichamen, vrij van sociale druk, kunnen stralen. Op een speelse manier creëert Balsacq samen met haar tegenspeelster Marta Capaccioli een expressieve omgeving, waarin verhalen en lichamen zich bevrijden. 


Louise Raes

De Ballets Russes, opgericht in 1909 door Sergei Diaghilev, was een invloedrijke kracht in de danswereld. Het gezelschap, met iconische choreografen zoals Vaslav Nijinsky en George Balanchine, bracht een unieke mix van ballet, muziek en visuele kunst die de traditionele opvattingen uitdaagde. Samenwerking met kunstenaars als Pablo Picasso, Henri Matisse en Igor Stravinsky resulteerde in baanbrekende producties. Door zich te verzetten tegen klassiek ballet, legde het de basis voor de moderne dans van vandaag.