Jullie vriendschap werd geboren in 2015, en werd blijkbaar aangewakkerd door het Concertgebouw.
Marleen: Ik kwam al langer naar hier met mijn man. Toen hij midden juni 2015 overleed, hadden we net onze bestelling geplaatst voor het nieuwe seizoen. Ik dacht: ‘ik ga doen zoals mijn collega Philippe. Hij heeft een abonnement bij Opera Ballet Vlaanderen, maar bestelt altijd twee kaarten, en nodigt telkens iemand anders uit om die ervaring te delen.’ Toen bleek dat Philippe en ik dikwijls dezelfde voorstellingen wilden zien, werden we vaste cultuurpartners … Philippe: … en goeie vrienden!
Van zodra jullie seizoensbrochure in de bus valt, gooien we ons erop en stellen we een longlist samen, waarvan we dan een selectie overhouden.
Welke voorstellingen halen dan die lijst?
Philippe: Ons gemeenschappelijk programma ademt toch vooral groot(s)heid: de grote werken van grote componisten, liefst in zo groot(s) mogelijke bezetting. Marleen: Ik ga ook graag naar dansvoorstellingen – zeker met livemuziek, zoals bij Rosas – of naar strijkkwartetten of experimentelere zaken.
Philippe: Bij dans decodeer ik de meer abstracte bewegingstaal moeilijker. Ik wil vooral veel volk op het podium, want hoe meer mensen, hoe meer energie! Ik hou er ook enorm van om de communicatie binnen het orkest te observeren. Dat is zo fijn aan de live beleving: je kan muzikanten zo precies gadeslaan, ook in stiltes. Het stille spel van theater, dat zit ook in een orkest.
‘Wij zijn mensen van het woord, en toch is muziek de taal waarin we elkaar het meest vinden.’
Moeten die indrukken dan achteraf besproken worden?
Marleen: Vaak knijp ik tijdens de voorstelling al eens in Philippes arm. Op de trein naar huis zeggen we soms vanalles, soms niets. Soms kan je er gewoon nog niet over spreken.
Philippe: Ik herinner me dat ons eerste concert samen na de coronaperiode een heel emotionele ervaring was. Ik moest nadien nog gaan lopen om dat van mij te kunnen afschudden. Muziek heeft haar kracht ook al vaak bewezen in mijn leven, zoals na een zwaar verkeersongeval in 2006, het herdenkingsjaar van mijn lievelingscomponist Mozart. Zijn muziek bleek het medicijn bij uitstek te zijn en heeft de revalidatie nadien alleen maar bespoedigd. Na een concert of opera van Mozart verlaat ik de zaal telkens met het gevoel een volmaakter mens te zijn.
Jullie cultuurradius is een pak breder dan het Concertgebouw; wat maakt dat jullie hier toch zo graag en vaak komen?
Marleen: Ik heb inderdaad ook een abonnement bij De Munt, en trek soms naar Concertgebouw Amsterdam of De Doelen in Rotterdam, maar de akoestiek is hier gewéldig!
Philippe: Architecturaal gezien is er in Vlaanderen geen betere zaal om klassieke muziek te beleven. Marleen: Toen mijn man
ziek was, bleek ook de vlotte bereikbaarheid voor minder mobiele mensen een troef. Philippe: En elk jaar denk ik toch weer over de programmatie:
‘waaaw, wat zijn ze er in Brugge toch weer in geslaagd om een eclectisch maar vooral heel hoogstaand programma uit te werken’.
Marleen: Wat een geluk hebben wij in Vlaanderen en Nederland ook met de ensembles die hier te horen of gevestigd zijn. We hoeven ons amper te verplaatsen om de wereldtop te zien! Geen wonder dat we ook graag onze leerlingen meenemen om hen te laten proeven van zo veel moois.
Philippe Annaert
Marleen Van Remoortere