Binnenkort gaat de nieuwe creatie van DUOBAAN, Imaginary Landscape, in wereldpremière in Concertgebouw Brugge. Wij spraken alvast met de twee bijzondere dames achter dit collectief: accordeoniste Barbara Ardenois en beeldend kunstenaar Anneleen De Causmaecker.
Een accordeoniste en beeldend kunstenaar slaan de handen in elkaar voor een zinnenprikkelend klankparcours. Dat klinkt heel spannend, maar ook moeilijk. Hoe ontmoeten jullie elkaar tijdens het creatieproces? Hoe beïnvloedt de een de ander?
Barbara: ‘Het gebeurt allemaal zeer organisch. We bestoken elkaar met ideeën. We vertrekken vaak vanuit de muziek: wat past er bij ons, welke werken contrasteren of zijn een bijzondere aanvulling … Zolang we de intimiteit en poëzie van de voorstelling maar niet uit het oog verliezen.’
Anneleen: ‘We kennen elkaar al heel lang. Dat maakt onze artistieke samenwerking makkelijker én intenser. Wanneer Barbara voor de eerste keer iets speelt op een repetitie, denk ik toch telkens weer: AHA! Haar muzikaliteit is voor mij een belangrijke inspiratiebron. Maar soms creëer ik een beeld waaruit klank ontstaat. Hier kan Barbara dan verder mee werken of improviseren. Het werkt dus ook omgekeerd.’
Jullie werken het liefst met 20e- en 21e-eeuwse componisten: Arne Nordheim, Sofia Gubaidulina, Claude Debussy. Vanwaar die keuze, wat maakt hen zo bijzonder?
Barbara: ‘We voelen ons aangetrokken tot een meer abstracte vorm, zowel in beeld als muziek. De kunstenaar en het publiek moeten vrij kunnen zijn in inleving en interpretatie. Toch is er ook ruimte voor iets herkenbaars, zoals een mooie muzikale lijn die plots uit de abstractie opduikt. De bovengenoemde werken zijn ook sterk contrasterend, en tonen elk een ander facet aan klankkleuren en mogelijkheden van het instrument. Het werk van Gubaidulina vertrekt vanuit een psalm, een smeekbede van de mens tot God. Terwijl het werk van Nordheim eerder klankspielerei is, waarin het stereo-effect van de accordeon gebruikt wordt.
Anneleen: ‘DUOBAAN is ontstaan vanuit het idee dat 20e- en 21e-eeuwse muziek helemaal niet moeilijk of ingewikkeld hoeft te zijn. Om dat te ontkrachten maakten we een voorstelling met beeld en muziek. Waarbij het beeld zeker niet illustrerend werd gebruikt. Het bood mensen een andere opening. Met die voorstelling trokken we naar een dorpje en belden aan bij willekeurige huizen. We kwamen bij heel verschillende mensen terecht en iedereen zag of voelde iets anders. Ondanks de abstractie beleefden de mensen toch iets heel concreet. Dat is zo schoon.’
Imaginary Landscape wordt een klankparcours met pingpongballetjes en krakende cassettespelers. Willen jullie altijd ‘een beetje gek’ doen?
Barbara: ‘Dat klinkt misschien gek, maar voor ons is het dat zeker niet. Pongping, het werk dat we maakten met pingpongballetjes, is zo’n voorbeeld van een ‘klinkend beeld’, of zeg ik beter een ‘beeldende klank’. We proberen te versmelten, elkaar te versterken door beeld of klank toe te voegen. Pongping is ontstaan vanuit Flashing van Arne Nordheim, waarbij de componist het idee van een stuiterend balletje verklankt.’
Anneleen: ‘Die tegenstelling zit gewoon in ons: we zijn abstract in muziek en beeld, maar ook erg speels.’
Jullie zoeken met DUOBAAN de grenzen op tussen muziek en performance, klank en beeld. Resulteert dat niet vaak in kleine gesamtkunstwerken, een samenspel van verschillende vormen?
Barbara: ‘Dat is wat DUOBAAN doet, zonder er echt een naam aan te geven. We zijn vooral vertrokken vanuit het idee dat we elkaars ‘vorm’ willen versterken. Om zo hun betekenis en invulling nog wezenlijker te maken. Bovendien zijn we goede vrienden die hun kunst samen delen.’
Anneleen: ‘Dat is inderdaad een weg die we steeds uitgebreider verkennen. Voor deze voorstelling in het Concertgebouw mochten we een compositie-opdracht geven. We gaven er één aan Linde Timmermans en één aan Julia Emmery. Die laatste zal specifiek voor ons duo een werk componeren. Dat is heerlijk.’
De titel Imaginary Landscape doet natuurlijk een lampje branden. De Amerikaanse componist John Cage maakte ooit een serie composities onder dezelfde naam. Is er een verband tussen zijn werk en dat van jullie? Of hoeven we niets achter die titel te zoeken?
Barbara: ‘John Cage zijn werk zit niet uitdrukkelijk in ons programma. Maar dat wil zeker niet zeggen dat hij onrechtstreeks géén invloed heeft op ons concept. Zijn filosofie blijft een heel mooie manier om kunst te benaderen. Iedereen vindt iets, herkent iets in een werk die hij ziet of beluistert. Maar zelfs zonder enige kennis van de gespeelde werken of verwijzingen naar kunstvormen, kan het publiek ook gewoon genieten van de kleuren, vormen, klanken. De muziek en/of beelden kunnen op zichzelf staan, zonder er een diepere betekenis achter te zoeken. En toeval of niet, de titel Imaginary landscapes past wonderwel bij wat we doen.’
Anneleen: ‘Ik vond mijn weg als beeldend kunstenaar dankzij een Erasmus in Berlijn, waar ik de cursus Imaginäre Topographien volgde. Ik creëerde er een werk dat nu ook in de Kamermuziekzaal zal getoond worden, aangepast aan de ruimte. Ruimtes, steden, kamers, landschappen. Als duo proberen we, eender waar, een ruimte op te roepen. Een open veld, een weids landschap. Hoe dat eruit ziet, is aan de toeschouwer.’
De Dikke Van Dale omschrijft een duobaan als een job die door twee mensen bezet wordt; het werk is verdeeld. Waarom kozen jullie voor de naam DUOBAAN?
Barbara: ‘Het is een naam die verwijst naar ‘versmelting’: één job met twee, waarbij het toch duidelijk gaat over een duo.’
Anneleen: ‘Ik zou het niet beter kunnen zeggen.’
Tim Taveirne,
jongerenreporter Soundcast