Ga naar de hoofdcontent
Logo Concertgebouw Brugge
Logo Concertgebouw Brugge

Conversatie met Caroline Vrijens

Conversatie met Caroline Vrijens
©Koen Broos

Caroline Vrijens is kinderrechtencommissaris van Vlaanderen en dus de geknipte persoon om in ons seizoen rond coming of age de rol van seizoensdenker van het Concertgebouw op te nemen. Als stem van de Vlaamse kinderen en jongeren behartigt ze met passie hun belangen en daarbij hoort uiteraard ook cultuur. ‘Kunst en cultuur zijn essentieel voor kinderen en jongeren, maar dat wordt nog te vaak vergeten.’ Tara Jacobus, lid van Soundcast, de jongerengroep van het Concertgebouw, ging erover in gesprek met onze seizoensdenker.

Laten we beginnen bij het begin: wat doet een kinderrechtencommissaris?
Een kinderrechtencommissaris moet toezien op de naleving van het Kinderrechtenverdrag. Daarnaast ben ik het gezicht van het commissariaat, een herkenningspunt. Mensen kunnen erop rekenen dat ik me 100% inzet om de rechten van kinderen en jongeren te verdedigen en dat schept een band van vertrouwen, zeker voor kinderen. Ik ga zelf ook geregeld langs op scholen omdat ik het belangrijk vind om de vinger aan de pols te houden. Op basis van alle verhalen die we horen, gaan we dan aan de slag om adviezen te schrijven voor de politiek en het beleid om problemen waar kinderen en jongeren op botsen, aan te pakken.

Het commissariaat is dus een adviesraad voor het Vlaams Parlement?
Klopt, want we zijn een paraparlementaire instelling, we werden zelfs ooit opgericht door het parlement. De parlementsleden zijn dus ons belangrijkste doelpubliek voor advieswerk. Met onze adviezen proberen we de positie van kinderen en jongeren in de samenleving te versterken en daar speelt het parlement een grote rol in. In 2022 hebben we een dossier gemaakt rond het spreekrecht van kinderen in de familierechtbank bij scheidingen, om de rechten van kinderen van scheidende ouders beter te verdedigen. We hebben gesprekken gevoerd met kinderen en familierechters en pleitten onder andere voor een vertrouwenspersoon voor
elk kind. Ons dossier bleek het extra duwtje dat het parlement nodig had, want de wet is ondertussen veranderd.

‘Je moet je proberen te verplaatsen in kinderen en jongeren om hen te begrijpen, maar we doen dat veel te weinig.’

Jullie hebben dus een rechtstreekse impact op kinderen en jongeren?
Naast onze adviezen behandelen we ook klachten van ouders, jongeren of professionals. Als we een klacht krijgen over bijvoorbeeld sancties op school, gaan we eerst op zoek naar een oplossing voor die specifieke situatie. We proberen altijd voor een concrete oplossing te zorgen, maar we botsen soms op structurele problemen. Daar komen onze adviezen weer boven.
We zijn niet de enigen die zich hiermee bezighouden, maar ons voordeel is dat wij alle domeinen overkoepelen en ook een mandaat in de wet hebben om de rechten van kinderen en jongeren te verdedigen. Zij zijn vaak afhankelijk van volwassenen en krijgen amper de kans om hun eigen stem te laten horen. Wij hebben de opdracht om dat voor hen te doen en blijven daarbij zo trouw mogelijk aan hun ervaring en emoties.

Komen jullie op die manier ook op het speelveld van kunst en cultuur?
Dat is niet iets waar we dagelijks mee bezig zijn, maar creativiteit is een fundamentele behoefte voor alle kinderen en jongeren. Artikel 31 van het Kinderrechtenverdrag stelt ook expliciet dat kinderen recht hebben op de vrije deelname aan het culturele en artistieke leven. Enkele jaren terug was er een inperking van artistieke vakken op school. Toen lieten we weten dat
we daar absoluut niet mee akkoord gingen. Niet iedereen is even verbaal of goed in taal of wiskunde. Bovendien is er tijdens die vakken ook minder competitiedrang, iedereen staat op gelijke voet. Het zou zelfs nog veel vrijer moeten dan het nu is, want nu krijg je een opdracht en bepaalde stappen die je moet volgen om te slagen voor een taak. Kinderen en jongeren zouden hun eigen emoties en inspiratie moeten kunnen uiten. Wie zich moeilijk kan uitdrukken in het Nederlands kan dat misschien wel via een tekening of dans of muziek. Onderzoek toont trouwens aan dat kunst helpt om anders te leren denken en meer empathie te hebben, wat dan weer helpt om te leren samenwerken. Dat werkt ook in twee richtingen, want bij artistieke vakken kunnen leerkrachten veel bijleren van de leerlingen. Nu wordt er nog te vaak gedacht dat enkel volwassenen kinderen iets kunnen leren, maar luisteren naar wat kinderen en jongeren vertellen, is enorm belangrijk. Je leert hun perspectief op de wereld kennen en kan daar dan ook rekening mee houden.

Is dat de boodschap die je wil verspreiden als seizoensdenker in het Concertgebouw?
Jazeker. Ik vind dat mensen soms heel bekrompen kunnen doen over ‘de jeugd van tegenwoordig’. Elke generatie groeit op in een andere maatschappij omdat alles zo snel verandert. Daardoor herkennen ouders zich soms niet in hun kinderen. Je moet je proberen te verplaatsen in kinderen en jongeren om hen te begrijpen, maar we doen dat veel te weinig. Ik voel me heel vereerd dat ik als seizoensdenker onze missie ook in Brugge mag verkondigen. Het Concertgebouw is natuurlijk een huis vol cultuur met een groot bereik. Dat bereik
wil ik gebruiken om duidelijk te maken dat kunst en cultuur heel impactvol zijn voor kinderen en jongeren. We werken niet vaak samen met organisaties zoals het Concertgebouw, dus dat is voor ons ook een avontuur. Samen met mijn team kijk ik al enorm uit naar de projecten waaraan ik mag meewerken. In september geef ik een eerste keynote en tijdens het festival Raise your voice neem ik ook deel aan een panelgesprek over jongeren en migratie. Het wordt een boeiende samenwerking, daar ben ik zeker van!

Tara Jacobus,
Jongerenreporter

Deel dit nieuwsbericht